Zure Makreel – Asem Ikan

Dit zure vis recept klinkt een beetje gek en ziet er wat rommelig uit, maar wat is dit ongelooflijk lekker! Dit gerecht wordt echt zuur gemaakt met azijn en tamarinde. De makreel is zo romig van smaak dat het goed samengaat met het zure van de saus.

Makreel
Ik ben dol op markeel, maar het is een vis met veel graten. Het recept schrijft voor om de makreel in stukken te hakken. Ik vind dat erg onhandig, omdat er dan overal graatjes zitten en je het vlees niet goed los kan krijgen. Ik laat mijn prachtige jonge markeeltjes heel. Het doet niet af aan de smaak en het is makkelijker te weten. Dat lijkt me het belangrijkste.


Zure Vis #217 uit Beb Vuyk’s Groot Indonesisch Kookboek, pagina 201.

Ingrediënten

  • 1 kg makreel of poon
  • 5 eetlepels olie
  • 2 eetlepels azijn

Kruiden

  • 3 eetlepels gesnipperde uien
  • 2 gesnipperde teentjes knoflook
  • 2 theelepels sambal oelek
  • 4 gepofte kemiries
  • 2 theelepels gemberpoeder
  • 1 theelepel koenjit
  • 2 eetlepels asemwater, gemaakt met een stukje asem ter grootte van een walnoot
  • 1 salamblaadje
  • zout
  1. Maak de vis schoon, snijd haar in moten en wrijf haar in met een papje van asem en zout.
  2. Wrijf uien, knoflook, sambal, kemiries, gemberpoeder en koenjit met elkaar tot een brij.
  3. Bak ze op in de olie, doe er de azijn bij en stoof hierin de vis tot ze gaar is.

Zo leuk hoe weinig kruiden er eigenlijk bij de vis gaan, maar hoe groot de smaken straks zijn.

Asem is tamarinde. Ik koop dat in een potje, want dan is het al gefilterd. Een volle theelepel gebruik ik voor dit recept.

Mijn sambal oelek is op, dus ik gebruik een pepertje door de boemboe (kruidenmix).

Kemiries zijn vette noten die in de Indische keuken gebruikt worden om de saus te binden. Gebruik je rauwe noten, rooster ze dan even, anders zijn ze licht giftig. Kemirie kan je gewoon kopen in een potje.

In het recept staat ‘gemberpoeder’, maar ik heb nog een stukje verse gember over. Dat kan prima. Ik gebruik ongeveer 2-3 centimeter.

Salam is Aziatisch laurierblad te krijgen bij de Toko.

Omdat de vis even moet stoven in de kruiden, maal ik de boemboe heel fijn door het even in de keukenmachine te doen. Ik doe grof gesneden uien, knoflook, Spaanse peper, kemiries, gemberpoeder en koenjit in het bakje van mijn staafmixer en blend het tot moes.

Moet je zien hoe geel (door de koenjit) de mix is geworden.

Dit moet even opgebakken worden in de olie. Dan komen alle smaken goed los.

Marineren
Ondertussen moet ik mijn makreeltjes even marineren in de asem met wat zout. Ik gebruik voor het hele gerecht ongeveer een halve theelepel zout en voeg dat hier al toe. Je kan altijd meer zout aan het eind toevoegen, maar te veel is zonde, dus ik ben altijd voorzichtig.

Nu mogen de makrelen de pan in. De boemboe is opgebakken. De vissen leg ik er gewoon bovenop. Ook giet ik er de twee eetlepels azijn bij.

Nu dek ik de pan af (met zilverfolie want ik heb niet zo een grote deksel) en laat het in totaal 10 minuten zachtjes stoven. Dan draai ik ze heel voorzichtig om (lukt bijna niet) en geef ik het nog een minuut of 5. Dan zijn mijn visjes klaar.

Heel voorzichtig glij ik ze in een schaal. De bumbu is een saus geworden en die giet ik eroverheen. Ik garneer met wat groen, al was het alleen voor het contrast in kleur. Maar deze (Thaise) basilicum is ook heerlijk met vis.

Makreel is van zichzelf al erg romig; de zure saus is daarom juist heel lekker. Het is de tegenovergestelde smaak en dat maakt dit gerecht echt speciaal. We eten het met witte rijst en een zacht romige sajoer lodeh.

Dit vind je misschien ook leuk...

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *